Journal intime de Sakura (Le)

Mangaka: U-Jin
Uitgever: Iku Comics
Volumes Frans: 5
Volumes Japans: 20
Score:

7.5 of 10 stars

Bespreking door Koen Smet

We schrijven 1995. De manga staat nog maar in de kinderschoenen en wordt een eerste keer geketend door de wet. De verkoop van het bij Tonkam verschenen Angel van U-Jin wordt verboden. En dit betekende dat we meer dan een decennia, tot eind 2006 om precies te zijn, moesten wachten tot er zich weer een uitgeverij waagde aan het werk van een van de meest beroemde mangaka.

Deze keer is het de nieuwe uitgeverij Iku Comics die het waagt werk van U-Jin uit te brengen. Sakura Tsûshin, Sakura Diaries, Sakura Mail, Le Journal intime de Sakura, hoe je het ook wilt noemen, het is het belangrijkste epos van U-Jin – gespreid over 20 delen.

Toma is een jonge student die de weg naar de universiteit aflegt. Hij moet dus meedoen aan ingangsexamens zoals de gewoonte is in Japan. Net zoals Keitaro van het bekende Love Hina zal hij echter falen in zijn opzet en een ‘ronin’ worden – iemand die noch werkt, noch studeert, en z’n broek moet slijten in de voorbereidingslessen om het jaar nadien meer kans te maken.

Toma ontmoet tijdens het ingangsexamen echter de vrouw van z’n leven! De prachtige Mieko, die echter wél slaagt in haar examen en natuurlijk enkel zou vallen voor een medestudent. Om de schijn hoog te houden doet Toma alsof hij ook geslaagd is en ze nu samen studeren aan de universiteit Keio… Als dat maar goed afloopt.

‘Le journal intime de Sakura’ bevat echter nog eens een goede, ouderwetse driehoeksrelatie en de derde hond in het spel is Urara. Toma komt van het platteland en logeert in Tokyo bij z’n nonkel. Het toeval wil dat de nonkel in kwestie een jaar in Italië vertoeft en Toma achterlaat bij z’n nichtje, Urara – die, men zegge het voort, sinds haar jeugd verliefd is op Toma. Kan het mooier?

Een mooie driehoeksrelatie die al sneller dieper gaat graven dan in het ietwat teleurstellende eerste volume. We komen meer te weten over waarom de prachtige Mieko iets ziet in loser Toma, en de gevoelens van Urara lijken bij momenten sterk op die van Aï uit Video Girl. Ze is verliefd op Toma maar wil hem ook troosten en steunen – vaak door zichzelf hiervoor op te offeren.

‘Le journal intime de Sakura’ wordt vaak vergeleken met Love Hina vanwege het uitgangspunt van de plot, maar de vergelijking met Video Girl vind ik treffender. Vooral de gevoelens en de karakters van de personages lijken meer op die van Katsura’s oeuvre. Natuurlijk gaat het hier qua blootgehalte nog net een stapje verder, maar ‘Journal intime de Sakura’ is toch eerder ecchi dan hentai te noemen. Het krijgt dan ook maar een +16 label in plaats van een +18 label mee.

Na een wat aarzelend en verwarrend begin komt Journal intime de Sakura sterk op dreef en leest dit enorm vlot weg. De tekenstijl doet wat eighties aan, maar storen doet dit niet. Het is natuurlijk alleen de vraag of deze reeks zal blijven boeien gedurende de volledige 20 volumes, maar dat zal de toekomst moeten uitwijzen. Voorlopig kan ik dit werk van U-Jin aanraden aan de fans van de ietwat pikanter getinte sentimentele shonen – en het is natuurlijk een klassieker in Japan. Ken je klassiekers, hebben ze mij altijd geleerd.