Ik heb echt nauwelijks boeken gelezen toen ik in Japan was, maar nu ik weer terug ben lees ik toch weer op een aardig tempo (al loop ik nu nog steeds achter op m'n 1 boek per week gemiddelde, teller staat nu op 16). Ik bespreek de boeken tot vandaag maar even kort:
Rampo Satsujin Jiken (De Rampo moordzaak) (Taku Ashibe): Edogawa Rampo is (in het echt) ooit begonnen aan een verhaal genaamd Akuryo/Boze geesten, maar hij gaf op na 3 delen. Er waren geen aantekeningen of zo hoe Rampo oorspronkelijk het verhaal had bedacht. 90 jaar later heeft Ashibe nu een eind bedacht. Op zich is het verhaal zelf niet heel bijzonder, maar toch knap dat Ashibe op basis van de hints die er waren, toch een eind heeft weten te schrijven.
Ikan (Het dreigende huis) (Shinzo Mitsuda): Debuutwerk van Mitsuda. Ben enorm fan van zijn Genya Tojo reeks, dat folklore en horror mixt met hele slimme detectiveplots. Dit debuutwerk leunt veel meer richting horror.
Jubaku Densetsu Satsujin Jiken (De moordzaak van de legendarische vloek) (Reito Nikaido & Miyuki Uzumi): Verhaal dat erg op het werk van Seishi Yokomizo lijkt (afgelegen dorpje, twee clans met een vijandig verleden, moorden die de tekst van een lied uit de lokale folklore volgen). Had er eigenlijk meer van verwacht.
Junkyo Catherine Sharin (Het wiel van de martelaarschap van St Catherine) (Katsunori Asukabe): Debuutwerk van Asukabe. Eigenlijk krankzinnig dat hij vier schilderijen zelf heeft gemaakt, die ook een belangrijke rol spelen in dit verhaal, waarin een curator eerst analyses maakt van die schilderijen gebaseerd op iconografie, en we daarna lezen over een moordzaak waar de schilder bij betrokken was (en waarvan je achteraf ziet hoe elementen in zijn schilderen waren verwerkt)
Salome no Guillotine (De guillotine van Salome) &
Tokeidorobo to Akunin (Klokdieven en schurken) (Haruo Yuki): Twee boeken uit dezelfde reeks, over de schilder Iguchi en zijn vriend/voormalig inbreker Hasuno in het Taisho tijdperk. Ik heb ze per ongeluk verkeerd om gelezen, maar beide waren leuk. Salome heeft een briljant motief voor de moorden, terwijl Klokdieven een leuke verzameling korte verhalen was.
Bokura wa Kaishu Shinai (Wij worden niet beloond) (Kohei Mamon): 5 korte verhalen van een relatief nieuwe schrijver. Komt met unieke motieven en ook robuuste plots, maar ik ben eigenlijk nu meer benieuwd naar hoe hij dan een hele roman/lang verhaal zou schrijven.
Cho to shite Shisu (Hij stierf als een vlinder) (Asuka Hanyu): Verhalenbundel met Taira no Yorimori (half-broer van Taira no Kiyomori) als de detective. Maken heel goed gebruik van de historische setting, maar er wordt wel echt heel veel geschiedenislessen naar je gegooid.
Meigetsu Ichiya Kyogen (Kyogen in de nacht van de volle maan) (Seishi Yokomizo): Een verzameling van 17 verhalen (van de 180 of zo) over Sasichi, een opappiki (zeg maar de rechercheurs in het Edo tijdperk). Hele korte verhalen, en eigenlijk vond ik ze meer interessant omdat je ziet dat Yokomizo hier ideetjes gebruikt die hij later weer verder zou uitwerken in andere boeken (de Kindaichi reeks).